/

Tedje van Asseldonk is bioloog, fytotherapie-docent, kruidenteler, lid van de redactie van dit tijdschrift en was van 1999- 2015 hoofd van het NVF-bureau. Zij schrijft deze columns op persoonlijke titel. Reacties naar: asseldonk@ethobotany.nl.

PESCA SPORTIVA – HENGELEN NAAR EEN VERBOD OP SINT-JANSKRUID

In Italië vind je hier en daar bordjes met daarop ‘Pesca Sportiva’ bij uitspanningen die aan een meertje liggen. Daar kun je je eigen maaltijd ‘sportief’ en snel bij elkaar hengelen, want in dat vaak veel te kleine meertje zwemt een overmaat aan vis. Ik moest hieraan denken toen ik het rapport las dat het RIVM schreef over sint-janskruid [1]*.

Toxicologen om een evaluatie vragen van een geneesplant die je wilt verbieden, dat is net zoiets als pesca sportiva. Elke plant bevat duizenden stoffen, waarvan tientallen met beschreven farmacologische eigenschappen. Als je uitgangspunt is dat elke farmacologische werking genoeg reden is om een plant gevaarlijk te noemen, dan is het altijd prijs.

De problemen van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) met kruidensupplementen zijn al twintig jaar episch. In Nederland werd in 2001 het warenwetbesluit kruidenpreparaten (WBK) ingevoerd, dat ongeveer 45 kruiden verbood in supplementen; de rest was volgens de NVWA slechts tijdelijk te gast in de warenwet, tot alle kruidensupplementen geregistreerd zouden zijn als geneesmiddel. Het WBK kwam er omdat de NVWA zocht naar meer gemak in de handhaving. De lijst van verboden planten was met de natte vinger samengesteld zonder de NVF of de NVF-commissie Toetsing Fytotherapeutica te raadplegen. Na veel discussie met de NVF zijn in 2006 de gojibessen en nog twee planten die in de Chinese kruidengeneeskunde worden gebruikt van deze lijst afgehaald. Aan de discussie rond deze lijst kwam geen einde.

Bij een tweede evaluatie in 2009 heeft het RIVM een aantal stoffen geïdentificeerd, waarvan de aanwezigheid in kruidenpreparaten zou kunnen leiden tot ernstige toxische effecten bij mensen die deze kruidenpreparaten gebruiken. Men heeft enkel gezocht naar dat soort stoffen, en alleen in de 45 verboden kruiden. Voor Convolvulus scammonia werd niets gevonden, zodat deze van de verbodslijst gehaald werd; kennelijk had het RIVM in de Convolvulus de alkaloïden gemist. Zwarte mosterd (Brassica nigra) bleef echter op de lijst staan, vanwege de ‘uiterst gevaarlijke’ glucosinolaten [2]. Maar dat zijn nu juist die gezonde stoffen in spruitjes en broccoli. Bovendien zitten ze bij deze plant vooral in het zaad, en dat wordt van het verbod uitgezonderd, om het voedingsmiddel mosterd niet te verbieden. Twintig jaar protest van ondergetekende tegen deze mosterd-gate had geen resultaat.

De overheid vraagt, het RIVM draait. Er werd specifiek gevraagd naar de onveiligheid van sint-janskruid. En het RIVM viste uit alle beschikbare literatuur hetgeen voor de toxicologie te pas kwam. De EMA-evaluatie (safe herb) [3] werd wel geciteerd, maar niet meer in de lange en korte summary. Er werd geconstateerd dat er geen veilig sint-janskruidpreparaat bestaat, want er treden ernstige interacties op met reguliere medicatie [1, pag. 87]. De bekende toverformule ‘we weten niet genoeg, dus liever verbieden’ werd weer uit de kast gehaald. Net zoals de Europese voedselveiligheidsautoriteit EFSA dat deed voor antrachinonlaxantia en zoals RIVM en NVWA dat deden bij venkel in borstvoedingsthee [4, 5]. Nu heet het: ‘Owing to omissions in the toxicological data of St John’s wort and its constituents, no firm conclusions can be drawn on these aspects‘ [1; pag. 13]. Met als conclusie ‘RIVM advises VWS to consider to restrict the use of St John’s wort in herbal preparations by law‘. Voilà, de overheid heeft beet! Sportief gehengeld.

* Zie voor de uitgebreide NVF-reactie op dit rapport het nieuwsbericht over sint-janskruid

REFERENTIES | [1] De Wit L. et al. Risk assessment of herbal preparations containing St John’s wort. RIVM report 2019-0115. RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu), Bilthoven; 2021. [2] Van de Bovenkamp M. et al. Beoordeling van de gezondheidsrisico’s van ‘verboden kruiden’. RIVM, Bilthoven; 2009.  [3] EMA (European Medicine Agency) 2009. Assessment report on Hypericum perforatum L., Herba. Doc. Ref.: EMA/HMPC/101303/2008. [4] Asseldonk, T van. EC wil verbod op hydroxyanthraceenderivaten en aloë-emodin in voeding. Ned Tijds Fytoth 2021;(34)1:22- 24. [5] Asseldonk, T. van. Venkel en anijs: een gevaar voor de baby of een opkruipende vorm van stofjesdenken? Foodlog;18 nov. 2020.