/

SEKSE- EN GENDEREFFECTEN IN DE FYTOTHERAPIE

Uit: Nederlands Tijdschrift voor Fytotherapie 2024 nr. 3

Sekse- en gendereffecten in de fytotherapie zijn nog weinig onderzocht. Toch is al geruime tijd bekend dat ziektes zich bij mannen en vrouwen niet altijd op dezelfde manier manifesteren. Ook de effecten en bijwerkingen van medicijnen kunnen verschillend zijn bij beide seksen. Voor het op maat kunnen toepassen van fytotherapeutica zou volgens Italiaanse onderzoekers ook meer rekening gehouden moeten worden met de invloed van sekse- en genderverschillen.

Momenteel is er nog relatief weinig bekend over de invloed van sekse- en genderverschillen op de activiteit van fytotherapeutica, terwijl inmiddels wel bekend is dat de respons op lichaamsvreemde stoffen (xenobiotica) hierdoor wordt beïnvloed [1]. In veel kruiden(genees)middelen is de aanwezigheid van diverse polyfenolen en fenolzuren bepalend of medebepalend voor de werking. De biologische beschikbaarheid van (poly)fenolen verschilt echter nogal tussen individuen. Sekse kan hierbij een belangrijke maar onderbelichte factor zijn.

VERSCHILLEN IN MICROBIOTA

De biologische beschikbaarheid van fenolen (of hun actieve metabolieten) kan verschillend zijn tussen mannen en vrouwen [1]. Het begint al met individuele verschillen in de darmmicrobiota. De invloed van het voedingspatroon op de profilering van het microbioom is deels sekse-afhankelijk [2]. Polyfenolen en fenolzuren worden uitgebreid gemetaboliseerd door darmbacteriën. Daarbij worden flavo­noïdglycosiden omgezet in het aglycon en worden er metabolieten gevormd die ook kunnen bijdragen aan de werking. Welke metabolieten er ontstaan, hangt mede af van het microbiotapatroon.

Gemiddeld hebben gezonde vrouwen vaker een grotere diversiteit in hun darmmicrobioom dan mannen en specifieke taxa komen bij vrouwen uitbundiger voor dan bij mannen. Het gebruik van orale anticonceptiva heeft echter een invloed op zowel de diversiteit binnen het microbioom als op de metabole activiteit van bepaalde darmbacteriën. Bij het ouder worden treden er bij vrouwen andere veranderingen op in de samenstelling van de microbiota dan bij mannen. Ook de invloed van overgewicht op veranderingen in microbiotasamenstelling heeft een sekse-afhankelijke component [1]. Na de menopauze gaat bij vrouwen het microbiotapatroon meer lijken op dat van mannen.

VERSCHILLEN IN BIOTRANSFORMATIE

De activiteit van transporters en enzymen die in de darmen en lever zijn betrokken bij de opname en biotransformatie van lichaamsvreemde stoffen zoals plantenstoffen en medicijnen, kan eveneens verschillend zijn bij mannen en vrouwen [1]. Mannelijke en vrouwelijke geslachtshormonen kunnen namelijk een tegengestelde invloed hebben op zogenaamde xenosensoren [1]. Xenosensoren zijn nucleaire receptoren die de aanmaak (inductie) reguleren van diverse fase I (CYP450) en fase II leverenzymen en van diverse transporters (fase III) [1], in respons op de blootstelling aan exogene stoffen.

Ook door zwangerschap kan de activiteit van CYP450-enzymen variëren [1]. Verschillen in het metabolisme van fenolen kunnen daarom onder invloed staan van geslachtshormonen [1].

Mogelijk zijn er ook sekse- en genderverschillen in de distributie van fenolen in bloed, hersenen en lever [1].
Gemicroniseerd curcuminpoeder en vloeibare curcuminmi-cellen leverden bij vrouwen een veel sterkere verbetering van de biologische beschikbaarheid op dan bij mannen [3]. Bij nierpatiënten met terugkerende urineweginfecties resulteerden hydrolyseerbare tanninen uit tamme kastanje met cranberry anthocyanosiden en proanthocyanidinen in een significante afname van bacteriurie en ontsteking, maar alleen bij de mannen [4].

Sekse- en genderverschillen in de fytotherapie
Foto: Gerd Altmann

Italiaanse onderzoekers illustreren aan de hand van het cardiovasculaire systeem dat plantenstoffen bij vrouwen andere effecten kunnen hebben dan bij mannen [5]. Zo kan extra vergine olijfolie op een sekse-afhankelijke manier een toename geven van de activiteit van bepaalde antioxidantenzymen. Fenolverbindingen uit rode wijn hebben bij vrouwen een sterker vaatrelaxerend effect dan bij mannen en isoflavonen geven bij vrouwen een beter bloeddrukverlagend effect 5].

Kortom, het lijkt erop dat sekse- en genderverschillen nog onderschat worden in de fytotherapie, wat mogelijk ten koste kan gaan van de effectiviteit [1].

AUTEURSGEGEVENS | Drs. L.K. (Lan Kiauw) de Munck-Khoe is apotheker (niet-praktiserend) en redacteur van dit tijdschrift. Zij is werkzaam bij Springfield Nutraceuticals.

REFERENTIES | [1] Campesi I. et al. The sex-gender effects in the road to tailored botanicals. Nutrients. 2019;11(7):1637. [2] D’Archivio M. et al. Dietary EVOO polyphenols and gut microbiota interaction: Are there any sex/gender influences? Antioxidants (Basel). 2022;11(9):1744. [3] Schiborr C. et al. The oral bioavailability of curcumin from micronized powder and liquid micelles is significantly increased in healthy humans and differs between sexes. Mol Nutr Food Res. 2014;58(3):516-527. Erratum in: Mol Nutr Food Res. 2014;58(3):647. [4] Noce A. et al. Effect of hydrolysable tannins and anthocyanins on recurrent urinary tract infections in nephropathic patients: Preliminary data. Nutrients. 2021;13(2):591. [5] Campesi I. et al. Put “gender glasses” on the effects of phenolic compounds on cardiovascular function and diseases. Eur J Nutr. 2018;57(8):2677-2691.